Historie vlakbij Huis
Het bijzondere leven van Willem Samsom
Vorige maand ontving het Leiderdorps Museum een aantal historische foto’s van de (achter)kleinzoon van vader en zoon Bou Borreman, molenaars op de Munnikkenmolen vanaf 1890 tot 1995. Naast foto’s van de molen bevatte de verzameling ook afbeeldingen van boerderij Samsom en diens laatste bewoner. Op zoek naar de connectie tussen de Munnikkenmolen en deze boerderij ontdekte Peter Diebels de bijzondere levensgeschiedenis van deze Willem Samsom.
Boerderij Landzigt
Willem Samsom werd op 30 oktober 1869 geboren in Leiderdorp op boerderij ‘Landzigt’ als zoon van Dirk Samsom en Lijntje van Duuren. Ook zijn grootvader Willem woonde hier al vanaf zijn geboorte in 1807. Diens vader Gerrit was de eerste Samsom die op deze plek in de Kalkpolder boerde. De boerderij die hij rond 1800 ging bewonen bestond al langer en lag op een terp langs het pad tussen de Dorpskerk en het klooster Engelendaal. Deze gunstige ligging maakte dat er al in de middeleeuwen op deze plek werd gewoond; zo is op kaarten uit de 16e eeuw al bebouwing ingetekend en waren er kloostermoppen in de muren verwerkt.
Vier generaties Samsom maakte dat ‘Landzigt’ in de volksmond boerderij Samsom werd genoemd. De boerderij bestond uit een verzameling gebouwen. Het voorhuis diende als woongedeelte en sloot aan op het okerkleurig geschilderde achterhuis met daarachter een hooiberg. Het karakteristieke dwarshuis bevatte een overwelfde kelder en een eeuwenoude houtconstructie met muurstijlen. Verder stond er nog een gebouwtje met zadeldak en een houten spoelhok aan de sloot. De toegang tot de boerderij lag aan het Kerkepad dat in de 20e eeuw Kerklaan ging heten en waar vandaag de dag Essenpark 2 ligt.
Willem Samsom
Willem Samsom kreeg in 1875 nog een zusje, Dingena, die in 1904 het huis verliet toen ze trouwde met Zacharias van Waveren uit Hillegom. Toen 6 jaar later hun vader Dirk op 72-jarige leeftijd overleed kreeg Willem de zorg voor de boerderij en bleef er samen met zijn moeder wonen. Hij zou zijn gehele leven vrijgezel blijven, maar kreeg vanaf 1914 hulp in de huishouding en het bedrijf van Aagje Zwanenburg. Deze, eveneens vrijgezelle Leiderdorpse, zou tot 1962 bij de familie in dienst blijven en ontving hier in 1954 een koninklijke onderscheiding voor uit handen van burgemeester Van Diepeningen. Willem had naast Aagje ook de nodige – veelal tijdelijke – knechten in dienst, zoals Bou Borreman, die zijn inkomen als molenaar op de Munnikkenmolen aanvulde met onder meer het turftrappen. Borreman woonde dan tijdelijk in het dwarshuis.
Ook op cultureel vlak liet Willem zich niet onbetuigd. Zo hield hij ter gelegenheid van het inhuldigingsfeest van koningin Wilhelmina op 16 september 1898 bij het Leiderdorpse raadhuis een redevoering verkleed als Willem de Zwijger.
Willem Samsom was een toegewijde boer en een godvruchtig man. Als 17-jarige jongeling maakte hij in 1886 de scheuring – ‘doleantie’ – in de hervormde kerk mee en sloot zich aan bij de kerk van dominee Vlug. Hij werd in 1887 lid van de gereformeerde jongelingsvereniging Eben Haëzer, in 1889 voorzitter en vanaf 1910 erevoorzitter. Binnen de Gereformeerde Gemeente werd hij in 1908 benoemd tot ouderling en diaken en vanuit zijn geloofsovertuiging was hij tot 1917 lid van de Anti-Revolutionaire Partij (ARP) van Abraham Kuyper. Als landbouwer was hij actief lid van het Boerencomité uit Rijnland, nam hij het initiatief tot de oprichting van een Vereniging van Ongevallenverzekering voor de landbouw en was als secretaris van de landbouwvereniging Leiderdorp-Zoeterwoude medeoprichter van de Bond voor melkverkopers voor Leiden en omstreken. Ten slotte was hij ook jarenlang bestuurslid van de lokale Boerenleenbank.
Boerderij Landzigt. Schilderij van J. C. Roelandse
Verkoop en sloop
De herinnering aan boer Samsom bleef nog lang voortbestaan in het ‘Samsomveldje’, het weiland voor de boerderij, waar ooit voetbalclub RCL zijn tweede veld had en nu de huizen van het Leithonpark staan.
In 1933 verkocht Willem zijn boerderij en bijbehorende grond al aan de gemeente, die het daarna aan hem verpachtte voor een vaste periode van 5 jaar. In 1961 besloot de gemeente Willem definitief uit te kopen omdat het de grond wilde gaan gebruiken voor woningbouw. Samen met Aagje verhuisde Willem, inmiddels 92 jaar oud, naar het Van Leeuwenpark 31, waar hij een jaar later op 22 november 1962 overleed. De Samsomboerderij was in 1961 al in zeer slechte staat en werd ondanks een restauratieplan van de Rijksdienst voor Monumentenzorg in 1964 gesloopt.
Boerderij Samsom in 1941. Bron – Rijksdienst voor Cultureel Erfgoed
Willem Samsom bleef tot 1961 zijn koeien met de hand melken. Foto ELO
Lintje voor Aagje Zwanenburg in 1954. Links Willem Samsom. Rechts burgemeester Van Diepeningen. Bron ELO